Je herstel hangt vooral van jezelf af!

Categorie:

Op Instagram las ik het verhaal van de Duitse Kathi (30). Drie jaar geleden vatte haar kleding vlam tijdens een barbecue. Door toeval kwam ik erachter dat Kathi’s zus in Nederland werkt. Via haar hoorde ik dat Kathi naar Nederland kwam voor familie­bezoek. En deze keer ook voor een interview. Benieuwd naar haar persoonlijke verhaal en ook naar haar ervaring met de Duitse brandwondenzorg, ontmoette ik Kathi in Amsterdam.

Drie jaar geleden had Kathi een gezellige barbecue bij familie. Een van de gasten was wat aan het spelen met de ethanol. Kathi: ’Hij gooide een kopje met ethanol op de grond en stak het aan. Mooie kleine blauwe vlammetjes. Toen het uitgebrand leek, goot hij de rest van de ethanolfles erop leeg. Er ontstond een enorme vuurbol die recht op mij afkwam.’

Pijn die ik niemand anders toewens
Kathi’s broek en blouse vatte vlam. Door te rollen probeerde Kathi het vuur te doven. Maar dat lukte alleen bij haar armen. Haar man wierp zich zelfs op haar benen in een poging het vuur te verstikken. Maar ook dat hielp niet echt. In een poging het vuur te stoppen trok hij de broek van haar benen. Direct was duidelijk dat de vlammen enorme schade hadden aangericht. Haar beide benen en haar rechter arm en voet waren diep verbrand. ‘Ik zag de ontzetting, de angst en de tranen in de blik van mijn man. Daarna begon ik de pijn pas te voelen. Pijn die ik niemand anders toewens.’

Kathi werd door de ambulance naar een lokaal zieken­huis in Ravensburg gebracht. Daar concludeerden ze al snel dat ze door moest naar een gespecialiseerd ziekenhuis in Ludwigshaven. ‘Ze konden me op die eerste dag niet heel veel meer vertellen dan dat ik inmiddels buiten levensgevaar was. Maar ik had geen idee van de ernst van mijn verwondingen, laat staan van de afloop. Ik verbleef eerst twee weken op de IC. In die periode werd gekeken welke delen van de brandwonden zich mogelijk zelf zouden herstellen. Toen bleek dat grote delen dat niet deden, werd ik geopereerd. Op de plekken waar het derdegraads verbrand was, werd de dode huid verwijderd en werd er kunsthuid opgelegd. Drie tot vier weken later werden hier bovenop mijn eigen transplantaten gelegd. ’

Het succes van je revalidatie hangt van jezelf af
Na twee maanden mocht Kathi eindelijk het ziekenhuis verlaten. Ze ging echter niet naar huis. Ze moest eerst revalideren. Na twee maanden stilliggen, kon ze nauwelijks op haar benen staan. Ze werd naar een revalidatiekliniek in Thüringen gebracht. Het was een moeilijke tijd voor Kathi: ‘Het revalidatiecentrum lag op vijf uur rijden van mijn huis. Het bezoek nam daarom af. Bovendien werd ik steeds onzekerder over de afloop. Ik was ontzettend geschrokken van wat ik allemaal niet meer kon. Ik voelde me hulpeloos, zwak, angstig en alleen. Ik had ook geen goed beeld van hoe mijn herstel zou verlopen. En de hulpverleners zeiden alleen: ‘Dat hangt vooral van jou en je inzet af’. Die woorden heb ik me wel ter harte genomen. Ik heb echt enorm geoefend en getraind. Gelukkig had ik ook fijne medepatiënten om me heen. Die hebben me er echt doorheen geholpen en gelukkig ben ik nog steeds met ze bevriend. Mede daardoor besloot ik ook om mijn verhaal op Instagram te delen .

Ik heb de waarde van lotgenotencontact aan den lijve ondervonden. En ik hoop dat mijn verhaal anderen weer kan helpen door een moeilijke periode heen te komen.’

Tijdens haar herstel ervoer Kathi vaak een gebrek aan informatie. Gelukkig had ze een zus die bij de Brandwonden Stichting werkte. Kathi: ’Van mijn zus hoorde ik veel meer dan van mijn eigen artsen of hulpverleners. In Nederland is er dankzij de Brandwonden Stichting en de Vereniging van Mensen met Brandwonden zoveel meer informatie en begeleiding beschikbaar. Zoiets hebben we niet in Duitsland. Ik ben daar wel eens jaloers op geweest. Gelukkig kon mijn zus mij van veel informatie voorzien.’

Weer thuis zijn, was best moeilijk
Na twee maanden in de revalidatiekliniek mocht Kathi uiteindelijk weer naar huis. Haar moeder trok voor een tijdje bij haar in, zodat er wat extra helpende handen waren. Toch was ook dat voor Kathi een moeilijke tijd. ‘Ik werd thuis, nog meer dan in de revalidatiekliniek, geconfronteerd met mijn beperkingen. In je thuissituatie ervaar je meer het verschil tussen voor en na het ongeval. Ik was in het begin erg moe en depressief. Voor mijn man was dat ook moei­lijk. Zo’n thuiskomst zou eigenlijk een feestje moeten zijn, maar bij ons was het dat niet echt. Ik had nog steeds open wonden en ook veel last van jeuk. We moesten allemaal acclimatiseren: wennen aan de nieuwe situatie.’

Gelukkig kreeg Kathi goede psychologische hulp en bleef ze ook via training en fysiotherapie hard werken aan haar herstel. Opgeven was voor haar geen optie. Haar vrienden en familie zagen dat ze echt tot het uiterste ging. Langzaam begon ze ook weer enkele uren te werken. Dat deed haar goed. Beetje bij beetje klom ze, mede dankzij de steun van haar vrienden en familie, uit het dal. Nu, drie jaar na het ongeluk, zijn haar wonden genezen. Ze heeft nog wel veel jeuk en draagt drukkleding. Recent heeft ze ook lasertherapie ondergaan; vooral bedoeld om de littekens gladder te maken; met minder reliëf. ‘Ik ben onder volledige narcose gebracht en ze hebben in een keer al mijn littekens gelaserd. Gelukkig met goed resultaat. De litte­kens ogen een stuk rustiger.’

Je heden is nooit je altijd
Als ik haar vraag hoe het nu met haar gaat zegt ze: ’Goed, hoewel ik ook wel eens slechte dagen heb. Maar ik realiseer me dat ik geluk heb gehad. Mijn fami­lie, vrienden en enkele lotgenoten hebben me enorm geholpen. Zonder hen zou ik nooit zijn, waar ik nu ben. En ik heb geleerd dat moeilijke dingen beter te verdragen zijn, als je je focust op de positieve dingen, al zijn ze nog zo klein. Als je die kleine mooie dingen meer aandacht geeft, verdwijnen de moei­-
lij­ke dingen naar de achtergrond. En nog een ander ding. Ik weet inmiddels – meer dan voorheen – dat ‘je heden’ nooit ’je altijd’ is. Dus besef dat, wanneer je het zwaar hebt. Het zware heden kan tijdelijk zijn. Als jij je schouders eronder zet, kan het beter worden. Maar het gaat niet vanzelf. Je moet er wel 100% voor gaan!’

• Door Hein Zoete

Kathi op Instagram

Kathi besloot haar verhaal op Instagram te delen op aandringen van haar fysiotherapeut Annika Ladewig. Annika heeft ook brandwonden. Ook zij vocht zich terug het leven in. En besloot fysiotherapie te gaan studeren, omdat ze mensen met brandwonden wilde helpen. Ze vond werk in de revalidatiekliniek waar Kathi een van haar patiënten werd. Bij gebrek aan een organisatie die zich op lotgenotencontact richtte, startte Annika een eigen Instagrampagina. Hierop kunnen mensen met brandwonden hun verhaal delen en met elkaar in contact komen. Klik hier als je daar een kijkje wil nemen.

 

Kunsthuid
De kunsthuid waarmee Kathi behandeld werd, is een kunstmatige vervanger van de ‘lederhuid’; de huidlaag onder de opperhuid. Dit wordt als eerste op de wond gelegd. Twee weken later wordt hierop een transplantaat van je eigen opperhuid geplaatst. In die tussenliggende weken groeien bloedvaten vanuit de wond langzaam in de kunsthuid. Zodat, wanneer het eigen ­transplantaat erop komt, deze van onderuit beter gevoed wordt en dus beter ‘vastgroeit’. De kunsthuid lost later op in het lichaam.
Normaal wordt het transplantaat (van opperhuid) direct op het wondbed gelegd. De lederhuid ontbreekt dan. Deze is tijdens de verbranding verwoest. Daardoor geneest de wond langzamer, blijft de nieuwe huid kwetsbaar en neemt littekenvorming toe. Door de kunst­opperhuid kan de huid beter herstellen en ontstaan er ook minder heftige littekens.